In de commissie Ruimetelijke Ontwikkelingen zegt Ap Dominicus:
Wij zijn in Nederland de laatste tien jaar telkenmale geconfronteerd met veterinaire rampen. Ik zal al die rampen niet opnoemen. Iedereen weet waarover wij het hebben. Gelukkig komt bij de samenleving steeds meer afkeer tegen deze massaliteit van veehouderij.
Wij, GroenLinks/PE zijn van mening, dat drie stallen van dergelijke omvang niet bij elkaar behoren te staan. Men zou eens kunnen nadenken over een spreidingsbeleid.

VOORZITTER, 

Bestemmingsplan “omgeving Hessenweg 135-137 te Lunteren”. 

Wat is de beoordeling/criterium van een megastal? 

Een megastal moet tenminste 2500 kalveren bevatten. 

Wat zijn 3 naast elkaar gelegen stallen met resp. 1000,1500 en nog eens 1000 kalveren? 

Dat zijn 3 afzonderlijke bedrijven!! 

Hoe ga je om met definities, maar vooral welke interpretatie geef je eraan. 

3500 kalveren in drie verschillende stallen op een klein gebied. Je kunt je afvragen is dat niet teveel van het goede.

Iedereen heeft het recht om hier zijn waardeoordeel aan te geven.

GroenLinks/PE zijn van mening,dat het allemaal iets teveel van het goede is.

 

Dan enkele opmerkingen n.a.v. het bestemmingsplan.

Op blz. 5 wordt gesteld,dat aan de Zuid-Oost zijde zich agrarische gronden bevinden met op enige afstand ten Zuid-Oosten van het gebied een burgerwoning.

Wie echter met een goede bril door het gebied gaat, moet constateren dat het niet om 1 burgerwoning gaat maar minimaal 40 tot 50 woningen binnen 1 km van de voorgenomen kalverhouderijen (zie rapport SRE-Milieudienst).

 

In het rapport Geur wordt gesteld, dat er slechts twee knelpunten zijn:

1. De vergunningverlening van één van de drie bedrijven in de clusters

2. Een locatie van een geurgevoelig project, waar de voorgevel en achtergrondbelasting hoger is dan gewenst om te kunnen spreken van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat.

In het rapport wordt opgemerkt dat beide knelpunten eenvoudig zijn op te lossen door een van de kalverhouderijen om te draaien. Dit leidt tot een substantieel lagere geurbelasting.

Mij is niet duidelijk bij dit bestemmingsplan of dit ook gebeurd is. Graag uw antwoord.

 

Het aanvullend onderzoek naar luchtkwaliteit is kennelijk wel uitgevoerd, maar gezien het feit, dat wij dinsdag 19 januari dit rapport pas in ons bezit is gesteld, kunnen wij nog geen oordeel geven en stellen dit uit tot 11 februari 2010 bij de behandeling in de gemeenteraad.

 

Voorzitter,

De wethouder heeft ook Dierenwelzijn in zijn portefeuille.

Wij zijn een fervent tegenstander op de manier,waarop met jonge kalveren wordt omgegaan. Na 10 weken worden zij weggehaald bij de moeder. Deze jonge beesten moeten dan nog zelfstandig leren drinken. Tijdens het transport van andere landen (Polen/Ierland) is het stervenspercentage onder deze jonge beesten erg hoog. Later in de stallen bezwijken er nog altijd dieren na de reis en het moeilijk leren drinken is een probleem.

Bovendien worden deze kalveren geslacht voor het witvlees, dat in Nederland niet verkocht mag worden. Wij staan het slachten toe en helpen mee dit toe te staan. Is dit niet een enige vorm van hypocrisie?

 

Voorzitter,

Wij zijn in Nederland de laatste tien jaar telkenmale geconfronteerd met veterinaire rampen. Ik zal al die rampen niet opnoemen. Iedereen weet waarover wij het hebben. Gelukkig komt bij de samenleving steeds meer afkeer tegen deze massaliteit van veehouderij. En elke keer,als ik de tranen zie bij de veehouders/agrariërs dan denk ik altijd weer: Laat die krokodillentranen weg en besef dat het anders moet.

Ook wij moeten niet alleen nota’s dierenwelzijn schrijven,maar er ook naar handelen!!!!!

 

Ik heb reeds eerder aangegeven, dat in deze omgeving ongeveer 40 a 50 burgerwoningen staan. Deze burgers beseffen heel goed in welke omgeving zij wonen en zijn absoluut niet tegen bouw van stallen. Integendeel zij denken mee en hebben gezorgd,in samenwerking met de gemeente,voor een goed landschapsbeheer.

En zo hoort dat: burgers met de veehouders/agrariërs komen samen tot een aanvaardbaar gebied.

 

Wij, GroenLinks/PE zijn van mening, dat drie stallen van dergelijke omvang niet bij elkaar behoren te staan. Men zou eens kunnen nadenken over een spreidingsbeleid.

Wij constateren, dat op dit moment de overeenkomst met de aanvragers nog niet is afgesloten, dat het aanvullende rapport, betreffende de emissie nog bestudeerd moet worden door ons.

 

Wij doen aan U een oproep: Bezint eer gij begint en demp niet de put, als het kalf verdronken is.

 

Ap Dominicus GroenLinks/PE