In het bomenbeleidsplan wordt het aantal bomen in de bebouwde kom (inclusief buitendorpen) nog op 90.000 geschat. Na grondige tellingen is dat in 2019 nog 62.000 bomen. Waarschijnlijk was de schatting aan de hoge kant, maar er worden zeker 1000 kapvergunningen aangevraagd of kapmeldingen gedaan per jaar. Daarnaast zijn voor grote projecten als de Enkawijk en de Kazerneterreinen duizenden bomen gekapt. Precieze cijfers zijn er niet want het wordt niet goed bijgehouden. Met deze achteloze houding kunnen we niet doorgaan.
GroenLinks wil dat de aantallen gekapte bomen in de afgelopen 15 jaar worden berekend en dat de aantallen bomen die in de toekomst verdwijnen nauwkeurig worden bijgehouden.
Alle seinen staan nog steeds op groen om verder te gaan met kappen. Voor de Parklaan-Noord en voor de Kazerneterreinen zullen nog vele honderden bomen moeten wijken. In het Bomenbeleidsplan staat dat er teveel bomen zijn in Ede: ze zijn in de jaren '70 veel te enthousiast aangeplant, en de verkeerde bomen staan op de verkeerde plek. Bij de reconstructie van straten, bijvoorbeeld voor nieuwe riolering, is de goedkoopste oplossing om alle bomen te kappen. Zie bijvoorbeeld de Kamperfoelielaan. Vaak worden ze dan maar aan één kant van de weg terug geplaatst 'want het gaat niet om het aantal stammetjes', en zo is er plaats voor meer parkeerplaatsen. De nieuwe bomen krijgen meteen een te kleine boomspiegel mee, zodat ze naderhand de stoeptegels omhoog zullen drukken. Opdruk van tegels is ook een goede reden om bomen te kappen. Zie bijvoorbeeld de van Heeckerenlaan. Bij de aanleg van een nieuwe wijk zoals op het Soma-terrein, worden slechts 10 van de 80 bomen als waardevol aangemerkt, en dan nog staat het de projectontwikkelaar vrij om deze waardevolle bomen weg te halen; dat hebben we gemerkt op het Enka-terrein.
GroenLinks wil dat behoud van waardevolle bomen als duidelijke eis aan projectontwikkelaars wordt meegegeven, en dat de gemeente zelf naar alternatieve opties voor wegenonderhoud zoekt, waarbij bomen zoveel mogelijk behouden kunnen blijven.
Een oude boom is veel meer waard dan een jonge boom. Volwassen bomen met een grote kroon zijn van grote waarde tegen klimaatverandering, omdat er CO2 in is vastgelegd en ook omdat ze de temperatuur in woningen met 4-6 graden omlaag kunnen brengen. Als de bomen zijn vervangen door jonge miniboompjes, zullen de omwonenden airconditioning aanschaffen, wat veel energie kost, en de ruimte buiten de woning alleen maar verder opwarmt. Bomen zijn een belangrijke bron van biodiversiteit en ze verhogen de waarde van de woningen in hun buurt.
GroenLinks wil dat voor elke boom die wordt gekapt, er minstens één wordt terug geplant, en liever nog twee of drie. Nu gebeurt dit niet, omdat er na het kappen vaak niet op wordt gelet. Om het herplanten te bewaken is een goed functionerend Groenfonds nodig waarin het geld dat een volwassen boom waard is, tijdelijk kan worden gestort. Als bomen nog niet oud zijn en ze moeten weg, kunnen ze ook ergens anders herplant worden. Er zijn in de kern Ede en in sommige buitendorpen nog kale, hete straten, zoals het grootste deel van de Veenderweg en het centrum van Ederveen. In heel Ede-west kunnen er nog veel bomen bij.
En de eikenprocessierups dan? Eiken zijn niet meer zo populair in Ede. Zomereiken zijn nog steeds zeer waardevol voor vogels, zoogdieren en insecten en ze houden de stad nog steeds koel. Het bomenbestand mag wat GroenLinks betreft wel veel gevarieerder worden. Er is geen reden om lanen eindeloos met dezelfde boomsoort te beplanten. Een rij eiken kan onderbroken worden met een rij beuken, lindes of andere grote, statige boomsoorten. Langs de A30 en langs de Kastelenlaan, Keesomstraat en Dreeslaan zijn alleen maar Essen geplant. Komt er een ziekte aan, dan zijn deze wegen meteen van alle bomen ontdaan.
GroenLinks wil een goed bomenbeleid dat naar de lange termijn kijkt en zorgt dat er in de toekomst een gezonde, robuuste en functionele bomen-infrastructuur in de gemeente Ede overeind staat. Daar hebben zowel mensen als al het andere leven in Ede baat bij.
Judith Klostermann